Vraag aan Grok.ai
Schrijf een gedetailleerd rapport over het bewijs dat de huidige blootstellingslimieten voor niet-ioniserende velden, vastgesteld door de ICNIRP, de IEEE en de FCC, onvoldoende zijn om de menselijke gezondheid te beschermen, met name bij chronische blootstelling. Welke voorzorgslimieten voor blootstelling zijn op basis van de wetenschappelijke literatuur aan te raden?
Rapport: Evaluatie van de ICNIRP, IEEE en FCC Blootstellingslimieten voor Niet-Ioniserende Velden en Aanbevelingen voor Voorzorgslimieten
Inleiding
De blootstellingslimieten voor niet-ioniserende elektromagnetische velden (EMV), zoals vastgesteld door de International Commission on Non-Ionizing Radiation Protection (ICNIRP), het Institute of Electrical and Electronics Engineers (IEEE) en de Federal Communications Commission (FCC), zijn wereldwijd toonaangevend in het reguleren van blootstelling aan radiofrequente (RF) en laagfrequente elektromagnetische straling. Deze limieten zijn primair gebaseerd op het voorkomen van thermische effecten, zoals overmatige opwarming van het lichaam, en houden doorgaans geen rekening met niet-thermische effecten of de gevolgen van chronische blootstelling. Dit rapport evalueert het bewijs dat deze limieten mogelijk onvoldoende zijn om de menselijke gezondheid te beschermen, met name bij langdurige blootstelling, en formuleert aanbevelingen voor voorzorgslimieten op basis van recente wetenschappelijke literatuur.
Huidige Blootstellingslimieten: ICNIRP, IEEE en FCC
ICNIRP
De ICNIRP-richtlijnen (bijgewerkt in 2020) richten zich op het beperken van thermische effecten, zoals een temperatuurstijging van meer dan 1°C in het lichaam. De limieten zijn gebaseerd op de Specific Absorption Rate (SAR), die de hoeveelheid energie meet die door het lichaam wordt geabsorbeerd (bijvoorbeeld 2 W/kg voor het hele lichaam en 4 W/kg voor ledematen). Voor RF-velden tussen 10 MHz en 300 GHz variëren de limieten van 2 W/m² tot 10 W/m², afhankelijk van de frequentie. De ICNIRP-limieten worden aanbevolen door de Europese Unie en zijn in Nederland en veel andere landen in nationale wetgeving opgenomen.
IEEE
De IEEE-richtlijnen (bijvoorbeeld C95.1-2019) hanteren een vergelijkbare benadering, waarbij de focus ligt op thermische effecten en acute blootstelling. De limieten verschillen per frequentie en houden rekening met zowel SAR als veldsterkte (bijvoorbeeld 61 V/m voor frequenties boven 2 GHz). IEEE-richtlijnen worden vaak gebruikt in militaire en industriële contexten, zoals door de NAVO, en vertonen overeenkomsten met ICNIRP, maar hebben soms andere uitgangspunten, zoals een hogere drempel voor laagfrequente velden.
FCC
De FCC-limieten in de Verenigde Staten zijn gebaseerd op oudere ICNIRP-richtlijnen (1998) en IEEE-standaarden, en richten zich eveneens op thermische effecten. De FCC hanteert een maximale SAR van 1,6 W/kg voor mobiele telefoons en veldsterktelimieten die vergelijkbaar zijn met ICNIRP (bijvoorbeeld 10 W/m² voor frequenties boven 6 GHz). Deze limieten zijn minder vaak herzien dan die van ICNIRP en worden bekritiseerd vanwege hun verouderde wetenschappelijke basis.
Alle drie de organisaties stellen dat er onvoldoende bewijs is voor schadelijke niet-thermische effecten of langetermijneffecten onder de vastgestelde limieten, en hanteren veiligheidsmarges (bijvoorbeeld een factor 50 lager dan de drempel voor thermische effecten) om kwetsbare groepen te beschermen.
Kritiek op de Huidige Limieten
Beperkte Focus op Thermische Effecten
De ICNIRP, IEEE en FCC baseren hun limieten uitsluitend op thermische effecten, zoals opwarming van weefsels, en negeren niet-thermische effecten, zoals oxidatieve stress, DNA-schade, neurologische effecten en verstoring van celprocessen. Meerdere studies suggereren dat niet-thermische effecten optreden bij blootstellingsniveaus ver onder de huidige limieten, vooral bij chronische blootstelling. Bijvoorbeeld:
- BioInitiative Report (2012, bijgewerkt 2020): Dit rapport, samengesteld door een internationale groep wetenschappers, concludeert dat RF-straling bij lage intensiteiten kan leiden tot neurologische aandoeningen, verhoogde kanker risico’s en reproductieve problemen. Het rapport bekritiseert ICNIRP voor het negeren van niet-thermische effecten en pleit voor veel strengere limieten.
- Hardell et al. (2020): Deze studie, gepubliceerd in Molecular and Clinical Oncology, stelt dat ICNIRP geen deugdelijke evaluatie maakt van niet-thermische effecten en selectief studies negeert die schadelijke effecten aantonen, zoals een verhoogd risico op hersentumoren bij langdurig gebruik van mobiele telefoons.
Onvoldoende Aandacht voor Chronische Blootstelling
De huidige limieten zijn primair gebaseerd op acute, kortdurende blootstelling en houden geen rekening met de cumulatieve effecten van langdurige, lage-intensiteitsblootstelling, zoals die optreedt door continue aanwezigheid van wifi, mobiele telefoons en zendmasten. Studies wijzen op mogelijke risico’s:
- RIVM en Kinderleukemie (2005): Het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vond een verband tussen magnetische velden van hoogspanningslijnen en een verhoogd risico op kinderleukemie bij veldsterktes boven 0,4 µT, veel lager dan de ICNIRP-limiet van 200 µT voor laagfrequente velden. ICNIRP verwierp deze studies als onvoldoende bewijs voor een oorzakelijk verband, maar Nederland verlaagde de advieslimiet naar 0,4 µT op basis van het voorzorgsbeginsel.
- IARC (2011): Het International Agency for Research on Cancer (IARC) classificeerde RF-straling als “mogelijk kankerverwekkend” (Groep 2B) op basis van een verhoogd risico op glioma’s bij intensief gebruik van mobiele telefoons. Dit suggereert dat langdurige blootstelling risico’s kan opleveren die niet worden gedekt door de huidige limieten.
Specifieke Kwetsbaarheden en 5G
De komst van 5G, dat hogere frequenties (bijvoorbeeld 26 GHz) en gepulste signalen gebruikt, heeft nieuwe zorgen gewekt. De ICNIRP-limieten zijn aangepast voor 5G, maar critici stellen dat deze aanpassingen onvoldoende rekening houden met:
- Huidabsorptie: Millimetergolven van 5G worden sterk geabsorbeerd door de huid, wat kan leiden tot lokale effecten op onderhuidse weefsels, zoals zweetklieren, die niet voldoende zijn onderzocht.
- Gepulste Velden: Gepulste signalen, zoals gebruikt in 5G, kunnen biologische effecten veroorzaken bij lagere intensiteiten dan continue signalen, maar dit wordt niet apart gereguleerd.
- Kwetsbare Groepen: Kinderen, zwangere vrouwen en elektrogevoelige personen (EHS) kunnen gevoeliger zijn voor EMV. De ICNIRP-limieten houden hier onvoldoende rekening mee, ondanks claims van veiligheidsmarges.
Kritiek op de ICNIRP als Organisatie
Onderzoekers en organisaties, zoals Investigate Europe en Hardell, bekritiseren de ICNIRP vanwege een gebrek aan transparantie en mogelijke belangenverstrengeling. ICNIRP is een particuliere stichting en wordt beschuldigd van het selectief negeren van studies die niet-thermische effecten aantonen, waardoor de limieten mogelijk de industrie bevoordelen boven de volksgezondheid.
Alternatieve Benaderingen en Voorzorgslimieten
Op basis van de wetenschappelijke literatuur en het voorzorgsbeginsel worden strengere limieten voorgesteld door verschillende organisaties en onderzoekers. Hieronder een overzicht van aanbevolen voorzorgslimieten:
1. BioInitiative Report
- Aanbeveling: Maximale blootstelling aan RF-straling van 0,0003–0,0006 µW/cm² (0,003–0,006 W/m²) voor openbare ruimtes, en 0,0001 µW/cm² (0,001 W/m²) voor slaapkamers.
- Rationale: Deze limieten zijn gebaseerd op studies die niet-thermische effecten aantonen, zoals DNA-schade, oxidatieve stress en neurologische effecten bij lage blootstellingsniveaus. Ze zijn tot zes ordes van grootte lager dan ICNIRP-limieten en bieden betere bescherming tegen chronische blootstelling.
2. EUROPAEM
- Aanbeveling: Voor RF-straling adviseert EUROPAEM een maximale blootstelling van 0,01 W/m² overdag en 0,001 W/m² ’s nachts, met nog lagere limieten voor gevoelige groepen (0,0001 W/m²).
- Rationale: EUROPAEM baseert zich op biologische effecten en gezondheidsklachten bij lage blootstellingsniveaus, zoals elektrostress en neurologische symptomen, en pleit voor een holistische benadering die niet-thermische effecten erkent.
3. SBM-2015 (Standaard voor Bouwbiologische Meettechniek)
- Aanbeveling: Voor RF-straling een limiet van 0,001 W/m² in slaapruimtes en 0,01 W/m² in woonruimtes; voor laagfrequente magnetische velden een limiet van 0,02 µT.
- Rationale: De SBM-richtlijnen zijn ontwikkeld door het Duitse Institut für Baubiologie en gebaseerd op ervaringen van mensen met gezondheidsklachten, zoals elektrogevoeligheid. Ze worden ondersteund door de Oostenrijkse Artsenkamer (ÖÄK) en bieden een voorzorgsbenadering voor gezonde leefomgevingen.
4. Raad van Europa (2011)
- Aanbeveling: Strengere limieten gebaseerd op het voorzorgsbeginsel, zonder specifieke waarden, maar met nadruk op het minimaliseren van blootstelling, vooral voor kinderen en zwangere vrouwen.
- Rationale: De Raad van Europa erkent de onzekerheden rond niet-thermische effecten en pleit voor een proactieve aanpak om risico’s te verminderen, zoals het creëren van stralingsvrije zones.
Aanbevolen Voorzorgslimieten
Op basis van de bovenstaande literatuur en het voorzorgsbeginsel worden de volgende limieten aanbevolen voor openbare en woonomgevingen:
- RF-straling:
- Openbare ruimtes: 0,01 W/m² (10 mW/m²), zoals voorgesteld door EUROPAEM en SBM, om niet-thermische effecten en chronische blootstelling te minimaliseren.
- Slaapruimtes: 0,001 W/m² (1 mW/m²), om gevoelige groepen en langdurige blootstelling tijdens slaap te beschermen.
- Gevoelige groepen (bijvoorbeeld EHS, kinderen): 0,0001 W/m² (0,1 mW/m²), om maximale veiligheid te garanderen.
- Laagfrequente magnetische velden:
- Woonomgevingen: 0,02 µT, zoals aanbevolen door SBM, in lijn met het Nederlandse advies van 0,4 µT voor kinderleukemiepreventie, maar strenger om bredere risico’s te dekken.
- Openbare ruimtes: 0,1 µT, om chronische blootstelling te beperken.
Implementatie
- Technologische Maatregelen: Gebruik van afscherming, laagvermogen antennes en bekabelde alternatieven voor wifi om blootstelling te verminderen.
- Beleid: Wettelijke vastlegging van voorzorgslimieten, zoals in sommige EU-landen (bijvoorbeeld België), en publieke consultaties om maatschappelijke zorgen mee te nemen.
- Onderzoek: Investering in onafhankelijk onderzoek naar niet-thermische effecten en chronische blootstelling, met nadruk op 5G en gepulste signalen.
Conclusie
De huidige blootstellingslimieten van ICNIRP, IEEE en FCC zijn primair gericht op het voorkomen van thermische effecten en bieden onvoldoende bescherming tegen niet-thermische effecten en chronische blootstelling aan niet-ioniserende velden. Wetenschappelijke literatuur, zoals het BioInitiative Report, studies van Hardell en rapporten van EUROPAEM en SBM, wijst op biologische en gezondheidseffecten bij veel lagere blootstellingsniveaus dan de huidige limieten. Voorzorgslimieten van 0,01 W/m² voor RF-straling in openbare ruimtes, 0,001 W/m² in slaapruimtes en 0,02 µT voor laagfrequente magnetische velden worden aanbevolen om de volksgezondheid beter te beschermen, vooral voor kwetsbare groepen. Het voorzorgsbeginsel rechtvaardigt strengere normen totdat meer wetenschappelijke duidelijkheid is verkregen over langetermijneffecten.
Bronnen
- BioInitiative Report (2012, bijgewerkt 2020).
- Hardell et al., Molecular and Clinical Oncology (2020).
- RIVM Rapport 610050007 (2005).
- IARC Monographs on the Evaluation of Carcinogenic Risks to Humans (2011).
- EUROPAEM EMF Guideline (2016).
- SBM-2015, Institut für Baubiologie und Nachhaltigkeit.
- Raad van Europa, Resolutie 1815 (2011).
Originele vraag gekopieerd van een LinkedIn bericht van Joel Moskowitz.
Lees ook:
Stralingsmeting aan huis, een aanrader
Stralingsmeting in de auto!
Slapen onder spanning
Ervaring van Tilo Rossler
Neem te allen tijde notie van mijn disclaimer!